Nieuws

Schonere diesel geeft meer dieselpest

Er wordt steeds meer gedaan om diesel schoner te maken, door het onttrekken van zwavel en het toevoegen van biodiesel. Hiermee wordt de olie echter ook gevoeliger voor vervuiling door bacteriën met alle gevolgen van dien.

Voor moderne personenauto's is de toegevoegde biodiesel meestal geen probleem. Maar bij sommige toepassingen kan biodiesel wel problemen veroorzaken. Dat gebeurt vooral als diesel voor langere tijd wordt opgeslagen. Dan kan dieselpest ontstaan.

Micro-organismen

Dieselpest is biomassa in diesel. Het wordt veroorzaakt doordat dat biodiesel hygroscopisch is: het trekt water aan. In een stilstaande tank zakt het water naar de bodem van de tank. Op de scheiding van water en brandstof vormt zich een slijmerige laag van micro-organismen. Dit laagje kan in moderne dieselmotoren voor problemen zorgen, doordat het brandstoffilter verstopt raakt. Bovendien bevat deze slijmerige substantie vetzuren die metalen (zoals de tankwand, pakkingen of het metaal van het brandstoffilter) aantasten. De nadelen van biodiesel worden nog versterkt doordat moderne common raildieselmotoren in trekkers hogere eisen stellen aan de brandstofkwaliteit en daarmee ook storingsgevoeliger zijn.

Juiste opslag

Voorheen was diesel minder gevoelig voor vervuiling door micro-organismen doordat het meer giftig zwavel bevatte. Omdat het zwavelgehalte tegenwoordig een stuk lager is, biodiesel water aantrekt en biodiesel ook aantrekkelijker is voor micro-organismen, moeten er meer maatregelen worden genomen om dieselpest te voorkomen. Dit stelt vooral eisen aan de opslag van diesel. Er moeten goede vocht- en vuilfilters worden gebruikt om de brandstof in de opslagtank schoon te houden. Bij machines die buiten staan, is het goed om de tank vol te houden, zodat er niet door condensatie water in de tank terecht komt. Anders kan het gebeuren dat niet lang na het starten de machine hapert doordat het brandstoffilter verzadigd is met water.


(Bron foto: Thinkstock)