
Dossier
Pluimveevoeding
Voer is één van de primaire levensbehoeften van het dier. Deze pagina gaat over alles wat komt kijken bij zowel de samenstelling va het voer zelf, als het voeren van vleeskuikens en leghennen.
De pluimveehouderij is een intensieve vorm van veehouderij. Pluimveehouders hebben weliswaar vele dieren in hun stal, maar het voer wordt aangeleverd door voerleveranciers. Want het houderijsysteem is niet grondgebonden, en pluimveehouders verbouwen het voer vaak niet zelf.
Denk bij kippenvoer bijvoorbeeld aan de samenstelling van het voer, de voerbehoefte van de kip, hoe je een rantsoenberekening maakt. En hoe werkt de spijsvertering? Hoe heeft voeding effect op de gezondheid en het gedrag? Lees hieronder verder.

De voerbehoefte
Hoeveel en welk voer je een kip geeft, is mede afhankelijk van genetica, leeftijd, geslacht en het gebruiksdoel van de kip (eieren of vlees). Productiedieren hebben bovenop de onderhoudsbehoefte extra voer nodig. Vleeskuikens om te groeien. Leghennen krijgen bijvoorbeeld extra energie, eiwitten en mineralen voor de eierproductie. Calcium is voor leghennen een voorbeeld van een belangrijk mineraal vanwege de rol in de vorming van de eischaal.
Voersamenstelling, gezondheid van het dier, welzijn, toegankelijkheid van het voer en huisvesting zijn ook factoren die de voeropname en vertering beïnvloeden.
Zo zijn voor legkippen de behoeftes voor de opfok- en legperiode verschillend. Daarmee variëren ook de voeders. In de vleeskuikensector wordt soms wel in 4 fasen gevoerd. Meestal wordt als richtlijn de gewichtscurve van de broederij aangehouden.
Het voeren
Het voeren van kippen gaat meestal automatisch, door middel van een zogeheten "voerketting" die door de stal loopt en op vaste tijden voer verstrekt.

Ingrediënten
De belangrijkste bouwstenen voor pluimvee zijn energie (koolhydraten en vetten), eiwitten (met name de aminozuren), mineralen, vitaminen en water. Er is veel keuze uit het grote aanbod van diervoederingrediënten. In de huidige diervoederindustrie wordt de voederwaarde van ingrediënten veelal geanalyseerd met behulp van de Weende analyse. Een veelgebruikte energiebron zijn granen als tarwe, sorghum en gerst.
Eiwitrijke producten zijn onder te verdelen in plantaardige (bijvoorbeeld oliezaden als sojabonen, katoenzaad en zonnebloempitten) en dierlijke ingrediënten (onder andere vis-, vlees- en verenmeel). Daarnaast voegt men veelal extra aminozuren en/of vitaminen, mineralen en enzymen toe. Dit valt onder de zogeheten additieven.
Er vindt ook onderzoek plaats naar het gebruik van andere ingrediënten in veevoer. Lees hier een deskstudie van Avans Hogeschool over de toepassing van eendenkroos in veevoer. Ook insecten kunnen een waardevolle aanvulling zijn, zoals bijvoorbeeld te lezen is in dit artikel uit Pluimveeweb.

De voerbehoefte berekenen
Om de exacte voerbehoefte van pluimvee uit te rekenen kun je gebruik maken van tabellenboekjes. De bekendste in Nederland is wel het Tabellenboek Veevoeding, uitgegeven door het FND.
De voederconversie (VC) is bijvoorbeeld een kengetal dat vertelt welk deel van het voer daadwerkelijk door de kip omgezet wordt in lichaamsgewicht of eierproductie.
Elk diervoederbedrijf probeert voor de pluimveehouder een zo optimaal mogelijk voer samen te stellen.
Vaak worden bij formulering van diervoeders voeroptimalisatieprogramma’s gebruikt. Bij rantsoensamenstelling en keuze van ingrediënten wordt naast de behoefte van de kip gekozen op basis van:
- Eigenschappen van de grondstof (o.a. voederwaarde en verteerbaarheid).
- Beschikbaarheid en prijs.
Publicaties
- Tabellenboek veevoeding 2016, voedernormen pluimvee en voederwaarden voedermiddelen voor pluimvee, FND, 2016
- Tables of composition and nutritional value of feed materials, INRA, 2004

Verteringsstelsel
Pluimvee heeft een vrij kort verteringsstelsel en de opbouw is kenmerkend voor vogels. Ten eerste de snavel; deze bevat geen tanden. Het voedsel komt na opname via de oesophagus (slokdarm en krop) in de kliermaag terecht. De enzymen HCl, gastrine en pepsine werken in op de inhoud. Bij opname van grote hoeveelheden voer komt een deel van het voedsel eerst in de opslagplaats, de krop terecht. Aan de kliermaag zit de spiermaag vast. Deze gespierde maag maalt voedseldelen als granen fijn. De maagkiezel (kleine steentjes), vormen dus eigenlijk de "tanden van de kip".
Hierna vervolgt het deels verteerde voer zijn weg door de duodenum (twaalfvingerige darm) waar gal en alvleessap de resterende inhoud verteren. Daarna volgen het jejunum en ileum (dunne darm), colon (dikke darm) en de cloaca. De darmwand absorbeert de verteerde voedselbestanddelen. De kip heeft twee caeca (blinde darmzakken). In kippen die veel vezelachtige delen eten, zijn de caeca actiever.
Samenstelling van het voer bepaalt ook de selectiviteit in de voeropname van de kip. Advies is de deeltjesgrootte niet te veel te variëren, zodat de voeropname van het koppel kippen gelijk blijft. Dan blijft het verteringsstelsel goed werken. En blijft het lichaamsgewicht en de productie bij het hele koppel op peil.
Publicaties
- Darmkanaal van de kip, artikel GD pluimvee, 2011
- Darmgezondheid van kuiken tot kip, artikel GD pluimvee

Effect van voer op gedrag en gezondheid
Voer is één van de belangrijkste factoren die diergezondheid en dierenwelzijn beïnvloeden. Zo bestaat de theorie dat hennen gaan verenpikken omdat ze behoefte hebben aan meer structuur in het menu. Dus kun je verenpikken verminderen door bijvoorbeeld meer vezelrijke ingrediënten of supplementen bij te voeren. Voorzichtig bij mengen per fase zodat de kip de tijd heeft er aan te wennen.
Ook darmgezondheid kan door middel van voer op meerdere manieren gereguleerd worden. Bijvoorbeeld door het verstrekken van ruwvoer en kruidensupplementen. Scharrelgedrag (gedragsverrijking) kun je stimuleren door enkele malen per dag wat graan te strooien. Al in de opfok hiermee beginnen geeft het meeste effect.
Publicaties
- Voorkom verenpikken bij leghennen, artikel Management&Techniek, 2016
- Stalboekje pluimvee 2017, publicatie RIKILT, 2018
- Kijken, denken en doen, artikel De Pluimveehouderij, 2010
- Zelf tarwe bijmengen bij vleeskuikens kan lonend zijn, artikel Proefbedrijf Pluimveehouderij VZW, 2017

Strooisel en mest
Aan de samenstelling van de mest en het strooisel kun je ook aflezen of het voer passend is voor het dier. Natte mest, droge mest, of precies goed?
Het nadeel van pluimveemest is dat de gehalten aan ammoniak en fosfor erg hoog kunnen zijn. Dit niveau is te beperken door het voer en voerschema aan te passen.
Kippenmest kan gebruikt worden om het land te bemesten, maar door de hoge gehaltes aan fosfor, niet op alle percelen geschikt.
Publicaties
- Naar een optimaal gebruik van biologische mest van kippen en geiten via compostering?, bioKennis bericht, 2012
- Kansen voor pluimveemest, bioKennis bericht, 2011
- Reductie van ammoniakemissie op pluimveebedrijven via voeding, rapport Wageningen UR Livestock Research, 2011
Video's
- Helaas, uw cookie-instellingen zijn zodanig dat de Video niet getoond kan worden - pas uw permissie voor cookies aan
- Helaas, uw cookie-instellingen zijn zodanig dat de Video niet getoond kan worden - pas uw permissie voor cookies aan
Recent toegevoegd
-
Meer wormeieren bij buitenlopende kippen
-
Meer wormeieren bij buitenlopende kippen
-
Impacts of the EU-Mercosur trade agreement on the Dutch economy
-
Effecten van het EU-Mercosur-akkoord op de Nederlandse economie
-
Meerwaarde creëren in de biologische landbouw door duurzame combinaties van plantaardige teelten met uitloop voor pluimvee : Eindrapport project LEGCOMBIO (2017-2020)
Actueel
Laatste wijziging aan dit dossier:
9 oktober 2019
Foto: Thinkstock