Nieuws

Aandacht voor aaltjes

Beheersing of bestrijding van aaltjes begint met inzicht in de problematiek. Voor dat je weet hoe je een besmetting kunt voorkomen of hoe je aanwezige aaltjes het best kunt aanpakken, moet je weten wat er in de grond zit. Daarvoor moet je grondmonsters laten nemen.

Plantenparasitaire aaltjes in de grond kunnen een gewas beschadigen. Wanneer het aantal wortellesieaaltjes (Pratylenchus penetrans) niet al te hoog is, valt de schade wel mee. Het lastige is dat voor een aantal gewassen in verband met strenge exporteisen een nultolerantie geldt. Een voorbeeld hiervan is het wortelknobbelaaltje (Meloidogyne hapla). Wil je aaltjes kunnen beheersen, dan moet je weten wat er in de bodem zit. Daarvoor is grondonderzoek nodig, schrijft vakblad Greenity in een artikel.

Grondonderzoek

Waar de aaltjes exact zitten, kun je niet met een paar monsters vaststellen. Wil je het goed doen, dan moet je elk perceel minimaal in vijf delen bemonsteren. Alleen zo krijg je inzicht in de plekken waar de echte besmetting zitten. En met aaltjesschema.nl kan een teler precies zien welke teeltmaatregelen hij moet nemen.

Schone grond krijg je alleen door zwarte braak, inunderen of een aaltjesonderdrukkende groenbemester zoals Tagetes die het wortellesieaaltje onderdrukt. Een voordeel van die groenbemester is dat het ook een bijdrage levert aan een betere bodemgezondheid. En om de grond schoon te houden is het belangrijk dat je met een schone partij van het plantmateriaal werkt. Je kunt plantmateriaal ontsmetten door een warmwaterbehandeling of een CATT-behandeling (Controlled Atmosphere Temperature Treatment) uit te voeren.

(Bron foto: Shutterstock)