Nieuws

Glastuinders twijfelen over haalbaarheid duurzame teelt

Ondernemers in de glastuinbouw zijn bereid stappen te zetten voor een duurzame teelt: emissievrij en zonder gebruik te maken van fossiele brandstoffen. Maar ze twijfelen over de haalbaarheid. Een onderzoeksrapport noemt een aantal aanbevelingen voor de overheid.

Bron: KennisOnline

Glastuinbouwondernemers best zijn bereid stappen te zetten om fossielvrij te produceren, maar hebben wel aarzelingen. Gas zien ze als een betrouwbare energiebron, maar er rijzen vragen. Is de energie continu beschikbaar? Geeft het voldoende warmte? Is de bron bestand tegen piekbelastingen? Is er voldoende CO₂ beschikbaar voor de teelt en is de techniek voldoende uitgekristalliseerd? Glastuinbouwondernemers willen wel fossielvrij gaan produceren, maar ze hebben nog onvoldoende handelingsperspectief om dit te realiseren, zo is te lezen in het onderzoeksrapport over transtie in de glastuinbouw.

Energiegebruik

Onderzoekers van Wageningen Economic Research hebben in opdracht van het Ministerie van Landbouw Natuur en Voedselkwaliteit via interviews en enquêtes verkend hoe glastuinbouwers aankijken tegen de transitie in de glastuinbouw. Het onderzoek is gebaseerd op 49 diepte-interviews in drie verschillende sectoren (potplanten, glasgroente en snijbloemen) in diverse regio's, en een enquête onder 208 glastuinbouwondernemers uit dezelfde sectoren.

Die transite gaat deels over het energiegebruik. In de Meerjarenafspraak Energietransitie Glastuinbouw 2014-2020 is de ambitie uitgesproken dat de glastuinbouw in 2040 klimaatneutraal zal zijn en in 2050 een volledig duurzame en economisch rendabele energievoorziening heeft. Daarnaast is in de de Toekomstvisie gewasbescherming 2030 de ambitie uitgesproken om residuvrij te telen, zonder chemische bestrijdingsmiddelen.

Gewasbescherming

Glastuinders zijn welwillend om residuvrij te telen, zonder chemische bestrijdingsmiddelen. Maar daarbij is ook een gevoel van onmacht. Het pakket middelen wordt steeds smaller, terwijl er nog onvoldoende alternatieve middelen beschikbaar zijn. Bovendien mogen ze middelen, die in een andere teelt of in het buitenland zijn toegestaan, niet in hun gewas toepassen. Sommige telers maken zich ongerust dat ze geen mogelijkheid hebben om in te grijpen bij calamiteiten.

De transitie vraagt om stevige maatregelen zoals energiezuinigere teeltwijzen, zuinigere kassen, hergebruik van warmte en gebruik en productie van duurzame energie. Afhankelijk van de teelt en regio zijn daarvoor flexibele oplossingen mogelijk, zoals aansluiting bij een warmtenet, gebruik van aardwarmte of flexibel elektriciteitsgebruik op momenten dat er goedkope zon- en windenergie is. Ook moet de glastuinbouw het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen steeds verder terugbrengen.

Aanbevelingen

Op basis van die verkenningen komen de onderzoekers met aanbevelingen aan de overheid om de ondernemers te stimuleren en faciliteren hun bedrijf duurzaam te ontwikkelen:

  • Zorg voor een stabiel en consistent overheidsbeleid rond klimaatdoelen en residuvrij produceren. Geef ondernemers de kans hun strategie daarop af te stemmen;
  • Richt trajecten voor kennisverspreiding en bewustwording rond energietransitie niet alleen op ondernemers, maar óók op hun netwerk van adviseurs, toeleveranciers, afnemers, belangorganisaties en overheden;
  • Bied handelingsperspectief om glastuinbouwondernemers te stimuleren (meer) stappen richting fossielvrij telen te zetten; vergeet de kleinere bedrijven daarbij niet;
  • Houd bij bestemmingsplannen rekening met aanwezigheid van duurzame energiebronnen en mogelijkheden voor restwarmtelevering;
  • Geef ruimte om te experimenteren. De CO₂-voorziening is een essentiële voorwaarde om fossielvrij te produceren en de mogelijkheid om alternatieven hiervoor te ontwikkelen heeft prioriteit;
  • Zorg voor vlottere of gemakkelijkere toelatingsprocedures voor middelen die de biologie in stand houden;
  • Houd in toekomstig gewasbeschermingsmiddelenbeleid rekening met de wens van glastuinbouwondernemers om een soort medicijnkastje met zwaardere middelen te mogen aanhouden om in te grijpen als zich calamiteiten voordoen.

(Bron foto: Shutterstock)