Nieuws

Turbogenen tegen malaria

Met een 'gene drive', een nieuwe technologie, kun je razendsnel nieuwe genetische eigenschappen in een populatie introduceren. Zo zou je ervoor kunnen zorgen dat de malariamuggen geen parasiet meer kunnen overdragen. Maar er zitten ook risico's aan de introductie van deze 'turbogenen'.

Gene drives zijn genetische eigenschappen die zich razendsnel in een populatie kunnen verspreiden. Door een heel gerichte verandering in het DNA, dat kan met de CRISPR-technologie, kun je zorgen dat die eigenschappen aan alle nakomelingen worden doorgegeven. Als organismen zich snel voortplanten kunnen deze eigenschappen zich heel snel en blijvend in een populatie verspreiden.

Gene drive

Dat biedt perspectieven voor een gerichte aanpak van de malariamug bijvoorbeeld. Door introductie van een turbogen die zorgt dat malariamuggen geen parasiet meer over kunnen dragen, kun je malaria met succes bestrijden. En er zijn meer mogelijke toepassingen van gene drive, zo is te lezen in het artikel 'Turbogenen zijn evolutie te slim af' dat in april in opinieblad Vork verscheen. Maar auteur Joost van Kasteren waarschuwt ook voor risico's.

Toepassing

Als voorbeelden van toepassingen noemt Van Kasteren de aanpassing van het lastig te bestrijden onkruid Amaranthus palmeri in het zuiden van de Verenigde Staten. Deze plant neemt veel stikstof op, is goed bestand tegen droogte en is daarom een concurrent van gewassen als soja en katoen. Bovendien is de soort resistent tegen glyfosaat. Zou je genetische eigenschappen kunnen aanpassen, dan is dit probleem op te lossen. In het artikel worden meer voorbeelden genoemd, zoals de mogelijke uitroeiing van de possum in Nieuw Zeeland of de aanpassing van een muizensoort op een eiland voor de kust van Massachusetts zodat die geen ziekte van Lyme meer kan overdragen op vlooien.

Zorgen

Toch moet je voorzichtig zijn met deze toepassing vindt Van Kasteren. De possums op Nieuw-Zeeland zou je met deze technologie uit kunnen roeien, maar het risico is er dat deze eigenschap zich ook verspreidt onder de in Australië inheemse possums. Daar heeft deze soort de status van een beschermd dier.

In Nederland heeft het RIVM in 2016 in een notitie haar zorgen uitgesproken over deze technologie. Het RIVM vindt dat er onvoldoende methoden zijn om de risico's voor mens en milieu te beoordelen en stelt daarom voor de technologie onder de vergunningplicht van de ggo-wetgeving te brengen. Staatssecretaris Sharon Dijksma van Infrastructuur en Milieu heeft deze aanbevelingen overgenomen, zo blijkt uit een Kamerbrief van 2016 .

(Bron foto: Pixabay)